Een kardinale markering is een wijze waarmee obstakels worden aangegeven. Afhankelijk van de positie van een obstakel, wordt een van de 4 soorten kardinale boeien gebruikt. De positie van het veilig water is bij een:

• noord boei (van boven naar beneden zwart, geel gekleurd en de 2 punten naar boven gericht): noordzijde van het obstakel dient noordwaarts te worden gepasseerd;
• oost boei (van boven naar beneden zwart, geel, zwart gekleurd en de 2 punten van elkaar af gericht): oostzijde van het obstakel dient oostwaarts te worden gepasseerd;
• zuid boei (van boven naar beneden geel, zwart gekleurd en de 2 punten naar beneden gericht): zuidzijde van het obstakel dient zuidwaarts te worden gepasseerd;
• west boei (van boven naar beneden geel, zwart, geel gekleurd en de 2 punten naar elkaar gericht): westzijde van het obstakel dient westwaarts te worden gepasseerd.

Tip om de kleur te onthouden: de plaats waar de punten naartoe wijzen is zwart gekleurd.

Tip om de richting te onthouden: de punten naar boven gericht is noord, de punten van elkaar gericht lijkt O(ost), de punten naar beneden gericht is zuid, de punten naar elkaar gericht lijkt W(est)

Kardinale boeien kunnen nog van een wit knipperlicht zijn voorzien.
De noord boei knippert ononderbroken, de oost boei knippert 3 maal gevolgd door een duisternis, de zuid boei knippert 6 maal en een even aanhoudend licht gevolgd door een duisternis, de westboei knippert 9 maal gevolgd door een duisternis.

Tip om door de knippering de richting te onthouden: vergelijk met een wijzeruurwerk: noord = 12 uur, beiden zijn naar boven gericht en knipperen het meest, 3 knipperingen is 3 uur en oost, 6 knipperingen is 6 uur en zuid, 9 knipperingen is 9 uur en west.